Posts tonen met het label zelfreflectie. Alle posts tonen
Posts tonen met het label zelfreflectie. Alle posts tonen

dinsdag 29 september 2015

Denkramen & Vertrouwen (uit de Zelfregie 3.3 praktijk)



Als ik iets de afgelopen jaren heb geleerd, dan is dat zeker dat je naast modellen, technische details en bullit-lists het beste ook metaforen of verhalen moet vertellen, wil je werkelijk mensen raken  en doen begrijpen. Kortom: hier een verhaal over hoe de denkramen van mensen hun beleving van de werkelijkheid kunnen bepalen. Veel leesplezier! 



Soms gebeuren dingen waarvan je had gehoopt dat ze jou nooit zouden overkomen. Op een kwade dag ontdekte hij het grote verschil tussen de papieren en de reële werkelijkheid. Als pas benoemd penningmeester bladerde hij vol trots door de boekhouding  van de afgelopen jaren. Eerlijk gezegd had hij ook nooit verwacht dat hij zo jong als hij was in het bestuur zou worden gekozen. Het was dat zijn voorganger na jaren trouwe inzet voor de vereniging niet langer in staat bleek voldoende tijd te blijven vrijmaken voor deze verantwoordelijke functie. Privé had nu ook recht op zijn onverdeelde aandacht, noemde hij dat. Nu moest uitgerekend hij zo'n deskundig en ervaren iemand opvolgen. Hij was er blij mee en hij was er niet blij mee.
Zuchtend sloeg hij een bladzijde om en genoot daar opnieuw van de zakelijke ordening van al die eindeloze cijfers in hun strakke kolommen. De cijfermatige weergave van de werkelijkheid mocht voor een buitenstaander duf en saai lijken, voor hem was het bijna een magische formule aan de hand waarvan zij probleemloos het reilen en zeilen van de vereniging kon duiden. Alle intenties, goede bedoelingen, halfslachtige keuzes, rake beslissingen, overeenstemming of onenigheid tussen bestuurders lagen besloten in de cijfers op deze bladzijden voor hem. Als penningmeester 'las' je de cijfers: je begreep, je fiatteerde of corrigeerde...

En toen zag hij het opeens. Beter gezegd, hij zag het slechts half. Het ging in ieder geval om een bedrag van 43.785 euro. Het stond keurig vermeld bij zowel de inkomsten (verdeeld over 5 posten) als bij de uitgaven (2 posten). En toch ging er een alarmbelletje bij de kersverse penningmeester rinkelen. Er was iets met de toedeling van de posten en met de datering, die hem de wenkbrauwen deden fronsen. 43.785 euro! Straks was het verdwenen geld. Verkeerd gebruikt. Vals geboekt. Doorgesluisd. Verdonkeremaand. Fraude! Hij hield de adem in.

In een razend tempo bladerde hij door de boeken. Was dit vaker voorkomen? Zat er een patroon in? Hoe groot waren dan de bedragen? Hoe had zijn voorganger dàt kunnen doen? Hoe had hij slechts de gedachte in zichzelf toe kunnen laten?
Als een ontgoocheld mens sloot hij twee uur 's nachts de boeken en ging naar huis. De grote vraag werd, wat nu te doen?
Confronteer je je voorganger met je verdenkingen? Ga je er direct mee naar het voltallige bestuur? Of naar de politie; geef je hem aan? Echte concrete bewijzen had hij nog steeds niet gevonden. Het was echter wel onduidelijk waarom, welke bedragen wanneer precies waarvoor waren aangewend. Als verantwoordelijke penningmeester hoorde je dat te weten. Je hoorde in een oogopslag te kunnen zien hoe het financiële reilen en zeilen van de vereniging in elkaar stak. Eén vraag op de ALV van een oplettend verenigingslid en hij zou met zijn mond vol tanden staan.

Hij besloot de volgende dag reeds zijn voorganger te confronteren. Hij nodigde hem uit in een sober lunchrestaurant. Na zijn tweede glas wijn, bij het hoofdgerecht, zou hij zijn voorganger de hamvraag stellen. Na zijn eerste glas wijn verloor hij echter reeds de moed.
Twee financiële mannen zaten tegenover elkaar en praatten over het leven. Geen financieel cijfer kwam er aan te pas.
De nieuwe penningmeester dronk zijn tweede glas en staarde naar de man tegenover hem. Hij vroeg zich hoe zeer gepokt en gemazeld je moest zijn om met zo'n uitgestreken gezicht tegenover hem te kunnen zitten. Voor de naïeve toeschouwer was niets aan zijn voorganger te zien dat kon duiden op een frauduleuze inborst. Maar als je goed keek, en van een man in zijn eigen positie moest je dat ook kunnen verwachten, dan herkende je de subtiele signalen wel. De manier waarop de ander zijn glas hief en bijna gulzig de laatste druppels wijn naar binnen zoog. Het onrustige spel van zijn wenkbrauwen tijdens het praten. Zijn ogen die nooit langer dan een halve minuut op een punt bleven gericht. Zijn handen die te krachtig in elkaar grepen als hij luisterde
Aan het einde van de maaltijd wist de penningmeester genoeg. Voor hem was er voldoende bewijs. Quod erat demonstrandum. Hij wist wat hem te doen stond.

Beste lezer, op zich ben ik geneigd u nu te vragen wat u zou doen. Ik zou u vooral willen uitnodigen uw keuzes toe te lichten.
Echter voordat ik de kans kreeg u deze vraag te stellen en vervolgens uw keuzes af te zetten tegen de keuzes van onze penningmeester hadden de volgende gebeurtenissen mijn uitnodiging al achterhaald:

Het was voor onze penningmeester al duidelijk wat hij de volgende dag zou moeten doen. Het voltallige bestuur in kennis stellen van wat hij had ontdekt, wat de consequenties ook zouden zijn. Fraude mocht en kon niet worden gedoogd.
Die nacht staarde hij voor een laatste keer in de boeken, bladerde ogenschijnlijk gedachteloos door de gemaltraiteerde jaarcijfers...  en toen zag hij het opeens. Hij zag het glashelder voor zich. Het patroon. De verwijzingen. De posten en kruisposten. De ratio achter het handelen van zijn voorganger. Alles viel opeens op zijn plek. Opgelucht haalde hij adem. Elke cent bleek tot achter de komma te zijn verantwoord. Een zeurende hoofdpijn verdween als  sneeuw voor de zon. Met een brede glimlach viel hij boven zijn boeken in slaap.

Toen hij de volgende ochtend wakker werd, haastte hij zich naar buiten om zichzelf te trakteren op een verse cappuccino met kaneel. Tot zijn verrassing zag hij aan de overzijde van de straat zijn voorganger voorbij lopen. Hij bleef staan en keek de ander aandachtig na. Hij begon langzaam en instemmend met zijn hoofd te knikken. Als je hem zo zag lopen aan de overkant, in een rustig, ontspannen en uitgebalanceerd tempo het ene been voor het andere plaatsend dan kon je zeker concluderen: wat is die man in één nacht in  zijn voordeel veranderd.

Marcel van der Pol
Groningen

woensdag 3 september 2014

Kleine Psychohistorie in de File

Midden in een file op de Autobahn heb je meestal alle tijd om na te denken. Bijvoorbeeld over waarom we allemaal steeds weer als makke schapen ons dicht op elkaar in dezelfde file voegen om van A naar B te komen, terwijl er beslist efficiëntere vervoersmogelijkheden zijn. Welke vrijheid waarborgt een auto, als je opgelucht wegspurt uit de ene file om spoedig in een volgende terecht te komen?
Ik verwonder mij ook in deze file er het meest over, dat als je eindelijk weer de kans krijgt om sneller dan stapvoets te rijden dat je dan waarschijnlijk nog steeds geen enkel idee hebt wat jouw file in  beginsel  heeft veroorzaakt.
Op zo'n moment  zie ik de mensen van RWS voor mij, die op monitoren het verkeer op de wegen volgen. Zij zien wel duidelijk oorzaak/gevolg-relaties op de weg. Hier een auto die ietwat langzaam rijdt, vervolgens een sportwagen die daardoor plotseling moet remmem en dan  een hele sleep auto's die met toenemende vertraging reageert en steeds meer moet bijremmen en dan... daar... FILE!
De individuele automobilist is iemand die slechts handelt in het moment: initiatief neemt, reageert op de situatie, maar niet met het 'waarom' bezig is. De mensen van de  RWS hebben overzicht. Zij zien de patronen, begrijpen wat er gebeurt en zijn zelfs veelal in staat adequaat het vervolg te voorspellen (bijv hoe en wanneer een file weer oplost of waarom een nieuwe dreigt te ontstaan). Die kennis en vaardigheid gebruiken zij om verkeersstromen zo goed mogelijk te managen.
Wat je al niet bedenkt, als je zo lang gedwongen stilstaat! Zou het echter niet mooi zijn als bestuurders, politici, beleidsmakers, leidinggevenden en managers nog beter in staat zouden zijn  patronen en de grote lijnen te herkennen en te onderkennen en door te trekken naar de toekomst? Burgers denken,  voelen en doen. Zij op afstand hebben het gróte overzicht en faciliteren en sturen bij.
Ik moet in de auto op de Autobahn eerst aan Taylor denken en vervolgens direct daarover heen aan Asimov. Aan zijn Foundation-boeken, waarin hij in romanvorm bovenstaande wijze van denken tot in extremo doortrekt. Hij noemt het psychohistorie.
Stel je voor dat een groep wijze mensen ontdekt dat als je maar voldoende afstand houdt tot de mens als individu en wat complexe statistiek toepast, dat je dan redelijk goed groepspatronen kunt herkennen en beïnvloeden. Mensen mogen dan denken dat ze vrij zijn, creatief kunnen zijn en een vrije wil hebben, als je gaat abstraheren blijkt  heel veel van hun gedrag (op groepsniveau)  te voorspellen... en dus te sturen zijn.
In de Foundation-fantasie van Asimov is de statistiek zo ver ontwikkeld dat de wijzen zelfs vele eeuwen vooruit kunnen voorspellen. Bij tijd en wijle een tikje bijsturen (mbv suggesties in videoboodschappen) en je hebt zo een paar duizend jaar toekomst vastgelegd. Strak geregistreerd scenariodenken; kortom: psychohistorie.
Is dit een natte droom voor leiders? Met psychohistorische wetenschap in de hand kún je als leider ook goed de verantwoordelijkheid nemen voor welzijn en welvaart van de aan jou toevertrouwde gemeenschap, toch!?. Jij ziet immers de grote lijnen. Jij overziet consequenties. Jij stijgt ruim boven het individuele belang uit. Prachtig toch? Of niet...!?
De mensen moeten zich natuurlijk wel aan het voorspelde scenario houden...!
In Foundation stort de hele toekomst ineen als ėėn individu 'weigert' zich aan het psychohistorische scenario te conformeren en vervolgens voldoende power en momentum heeft om de geplande geschiedenis te veranderen. De suggesties in de videoboodschappen, die op voorafbepaalde momenten  moeten worden bekeken, blijken opeens onzin te verkopen. Scenario en werkelijkheid komen absoluut niet meer overeen. De gemeenschap verliest haar voorspelbare zekerheid en geraakt in totale verwarring. 
In onze file op die Autobahn bleef ik maar denken over hoe leiders pychohistorische tools ook constructief  zouden kunnen gebruiken zonder de behoefte aan individuele vrijheid van hun mensen op te hoeven offeren.
Is het nodig om de toekomst in een 'box' te stoppen en te beheersen? Eén krachtig genoeg individu (op het juiste moment) kan, zoals in Foundation, altijd jouw gewenste  scenario doorkruisen.  Bovendien, wie zegt dat jouw scenario voor de toekomst, ook in de toekomst het beste scenario is?
Misschien betekent goed leiderschap wel dat je de vrijheden van het individu zoveel ruimte laat, zelfs faciliteert, dat de gemeenschap als geheel robuust, creatief, flexibel en dynamisch genoeg is en blijft om zelfstandig de toekomst aan te kunnen.
Ondertussen begint onze file op te lossen. We rijden weer. Nog vijf onduidelijke files te gaan voor we in Melk (Oostenrijk) op de fiets kunnen stappen naar Boedapest waar workshops Zelfregie 3.3 ons wachten. 
Mmmm... psychohistorie... vrijheid... bestuursregie 3.3.... wordt vervolgd...